![]() |
Gerard Bons-Tjeerd de Jong, interne competitie 2016/2017 ronde 19. Wit staat kwaliteit tegen pion voor, in principe een punt, maar toch bijna gelijk. Mijn Fritz 11 adviseert verschillende zetten, maar die bieden alle maximaal een half puntje voordeel, dankzij het sterke paard. Geduldig manoeuvreren is hier geboden, maar ik plukte een verboden vrucht. 31 Txd5 ? Dg5+ Gelijk besefte ik hoe onbenullig het was de achterste rij te verlaten. Ik baalde extra omdat ik al vele verborgen en voor de hand liggende winstkansen had verknald. Dat Tjeerd waarschijnlijk onnodig de kwaliteit had geofferd, gaf me weer moed. 32 Tg2?? zie diagram 2 |
Vreselijk, alleen na 32 Kf2 kon wit met eeuwig schaak een half punt redden.
32 ..... Txd5?? |
![]() |
![]() |
33 ..... Dxg2 ???? 34 Kxg2 ?????? Pe3+. Dankzij vliegende tijdnood van Tjeerd werd het nog remise. Hoe is zoveel collectieve schaakblindheid mogelijk?? Het valt te betwisten of een tweetal een collectief vormt, maar bij het naspelen met publiek duurde het in mijn perceptie nog vrij lang eer ik iemand hoorde zeggen: "Wat is er mis met 34 Dxg2?" Misschien kwam hij er pas laat bij staan, misschien was hij lang met stomheid geslagen bij zoveel gestumper, vermaakte hij zich met analyses vol luchtfietserij. |
Iedereen zag vanuit diagram 2 de betere zet: 32 ..... Dc1+! 33 Kf2 Toen daarna verschillende zwarte zetten de revue passeerden, hoorde ik weer die welbekende formulering: "Wat is er mis mee een pionnetje te winnen met 33 ..... Dxb2 ?"
Kijk, dat noem ik een bijna schaakblinde onderschatting van je eigen suggestie. Zwart wint nogal wat meer na: |
![]() |
(PS1. Door ergernis, opluchting en obsessie bij zo’n gruwelijke combinatie van goed en waardeloos spel, heb ik wellicht een enkele analyserende kreet uit het publiek misverstaan.)
|
![]() |
|
|
![]() terug |