Na de leden- en jaarvergadering en op de eerste schaakavond van elk nieuw kalenderjaar wordt gestreden om de Jan Dijkhuis Bokaal.

De partijen van dit snelschaaktoernooi duren 5 minuten per partij per persoon.
Afhankelijk van het aantal deelnemers duurt een toernooiavond maximaal 12 ronden.

Er wordt gespeeld volgens het Zwitsers systeem.
Er wordt gespeeld volgens de KNSB-regels van het snelschaken.
Een onreglementaire zet moet, in de tijd van de speler die de onreglementaire zet heeft gedaan, worden hersteld.
Bij een onreglementaire zet, nadat schaak is gegeven, mag men de winst claimen.
Als de winst wordt geclaimd nadat beider vlaggen zijn gevallen, wordt de partij remise verklaard.
Bij oneven aantal spelers krijgt de niet-speler één bye-punt.

Winnaar van het toernooi is de speler met de meeste bordpunten.
a) Eindigen twee spelers gelijk dan wordt 'Best of Three' gespeeld. Is een derde partij noodzakelijk dan wordt opnieuw geloot wie met wit speelt. Is na drie partijen de stand gelijk dan is de speler kampioen, die twee keer met zwart gespeeld heeft.
b) Indien drie spelers of meer gelijk eindigen, dan wordt een halve competitie gespeeld. Bij gelijk eindigen treedt of punt a of punt b in werking.

De winnaar ontvangt de Jan Dijkhuis Wisselbokaal. De beker wordt eigendom van de winnaar na drie keer ononderbroken toernooiwinst. De beker wordt uitgereikt op de eerste clubavond van het volgende seizoen.

In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de wedstrijdleider.